Mondo Mendini in het Groninger Museum

Inspiratie haal ik overal vandaan! Soms op de meest onverwachte momenten en plaatsen. Maar soms ga ik er ook bewust naar op zoek. Dan bezoek ik een museum of verdiep ik mij in het werk en het leven van een ontwerper. Het liefst een ontwerper die mij al aanspreekt. Zo ging ik dit weekend naar het Groninger Museum voor een bezoek aan de tentoonstelling Mondo Mendini.

Een tentoonstelling die je inzicht geeft in de ontwerpen en het ontwerpproces van Alessandro Mendini, Italiaans ontwerper en architect (1931 – 2019). Die je wellicht wel kent van het Groninger Museum (het grootste deel van de architectuur en inrichting komt van zijn hand) of zijn ontwerpen voor Alessi, waarvan Anna de kurkentrekker waarschijnlijk de bekendste is.

“Een van de meest fantastische en intense ervaringen van mijn leven.”

– Alessandro Mendini over het Groninger Museum

Postmodernisme

Zelf kwam ik voor het eerst bewust in aanraking met Mendini toen ik tijdens mijn opleiding communicatie een blok over kunstgeschiedenis kreeg. Ik moest mij onder andere  verdiepen in het postmodernisme (kunststroming) en dan kom je al vrij snel in aanraking met Memphis, een groep ontwerpers (waaronder dus Alessandro Mendini) die zich verzette tegen de strakke functionele regels van het modernisme, zo ontstonden er vrolijke meubels met bijzondere vormen, kleur- en dessincombinaties. Veel van deze ontwerpen zullen wij nu als typisch jaren ’80 bestempelen, met name door de hoekige vormen en het felle kleurgebruik.

Hoewel ik lang niet alle ontwerpen even mooi vindt, sprak de vrolijkheid en speelsheid van de ontwerpen mij direct aan. Toen ik dus hoorde over de tentoonstelling van (en door – hij heeft de tentoonstelling zelf samengesteld) Mendini in het Groninger Museum, was dit voor mij het moment om ein-de-lijk (ik was in al die jaren nog nooit in het museum geweest) ‘zijn belangrijkste werk’ van binnen en buiten te bewonderen. Een betere plek is er niet.

Het museumgebouw

Afgelopen zondag was het zover. En de beleving begint al als je aankomt lopen. Want het gebouw zelf is alleen al meer dan de moeite waard. Het is een gebouw van bijzondere en kleurrijke architectuur. Het past bijna beter in een sprookjeswereld dan in het nuchtere Groningen. Maar juist zijn plek op het eiland tussen het station en het centrum in maakt dat dit museum perfect tot zijn recht komt.

Memphis in de vaste collectie

Hoewel ik natuurlijk specifiek voor Mondo Mendini kom, ga ik uiteraard ook langs de vaste expositie van het museum. Alwaar ook een ruimte is gereserveerd voor de Italiaanse postmodernisten van Memphis Milano. Hier staat natuurlijk ook de Carlton van Ettore Sottsass, wellicht een van de bekendste werken van het Memphis collectief. Dit is alvast een mooie introductie voor de tentoonstelling waar we naar op weg zijn.

Pronkjewails in het Starck Paviljoen

Alvorens we naar de tentoonstellingsruimte lopen brengen we nog even een bezoek aan het Starck Paviljoen en de aanwezige expositie ‘Pronkjewails’. Ten eerste is deze ruimte alleen al de moeite waard. Het is een erg prettige, bijna rustgevende ruimte, die toch wel enigszins in contrast staat met de overige kleurrijke zalen van het museum. De zachte kleuren, het gefilterde licht en gordijnen die de ruimte verdelen geven het een zachte uitstraling. Maar als je toch in het paviljoen bent, vergeet dan zeker niet een ronde te maken langs de pronkjewails. Want hier staan de verschillende kunstschatten niet gesorteerd op land van herkomst, leeftijd of andere logische museale indeling. Nee ze zijn zo gegroepeerd dat er mooie stillevens ontstaan. Zo staat antiek chinees porselein naast een moderne blauwe vaas. Juist deze indeling maakt dat je anders naar de objecten kijkt en dat je vooral ook geniet van het totaalplaatje dat wordt gecreëerd. Dit past natuurlijk weer erg goed bij de visie die Mendini voor het museum in gedachten had (geen hiërarchie).

Mondo Mendini

En dan eindelijk loop ik de wereld van Mendini binnen. En zo voelt het echt. Het is alsof je een klein inkijkje krijgt in zijn creatieve brein. Elke zaal heeft een ander thema; een thema dat zijn manier van werken en zijn inspiratiebronnen belicht. De korte teksten aan het begin van de zaal helpen je te focussen waar je op moet letten, zodat je niet verdwaald op het pad tussen zijn hersenen. Maar laten ook meer dan voldoende ruimte voor je eigen interpretatie.

Er staat uiteraard veel werk van hemzelf. Maar zeker niet alleen van hemzelf. Er staan ook veel werken van ‘grote meesters’ uit het verleden en het heden die hem hebben geïnspireerd. Mendini ziet zichzelf namelijk niet als solist, maar geloofde in samenwerking en het lenen (of stelen) van ideeën uit het verleden om deze op een vernieuwende manier toe te passen.

Dit heeft in zijn geval geleid tot een stijl die erg kleurrijk en speels is. Een stijl die is ontstaan als reactie op de destijds heersende stijl waarbij men geloofde dat vorm altijd de functie moet volgen. Hier was Mendini wars van en hij heeft ons laten zien dat functie en vorm prima samen kunnen gaan en dat versiering geen overdaad hoeft te zijn, maar een ontwerp juist menselijker, vriendelijker en misschien wel mooier kan maken.

En hoewel ik zelf ook erg van strak en sober houd, denk ik dat Mendini wel eens gelijk zou kunnen hebben. Terwijl ik tussen zijn maquettes doorloop vraag ik me dan ook hardop af waarom we niet meer van die vrolijke gebouwen op de wereld hebben staan. Dat is toch een stuk vrolijker dan het volgende gebouw van beton en glas?

Bezoeken?

Ja! Als je in de buurt bent raad ik je het zeker aan om deze tentoonstelling (of het Groninger Museum) in het algemeen te bezoeken. Hopelijk vind jij er ook wat kleurrijke inspiratie en loop je net als ik met een grote glimlach, de catalogus en zelfs een echt Mendini horloge het museum weer uit 😉 De tentoonstelling is nog tot en met 30 augustus te bezoeken.